Belgische Vereniging voor Psychotherapie
Photo by Tingey Injury Law Form on Unsplash
Photo by Marcos Luiz on Unsplash

Vervolg op de EAP-jubileumconferentie: “The Hope of Psychotherapy for our Endangered World”

Beste collega’s,

Het EAP 30-jarig jubileumcongres: “The Hope of Psychotherapy for our Endangered World” werd afgelopen maart in Wenen gehouden. Het was een groot succes en bleek bijzonder goed te passen bij de roerige tijden die we doormaken.

We delen graag met u de link die u toegang geeft tot de video’s van de conferenties en interviews van internationaal gerenommeerde sprekers.

https://www.europsyche.org/latest-news-2/latest-news/

(Photo by Marcos Luiz Photograph on Unsplash)

Photo by Towfiqu barbhuiya on Unsplash

ELEKTRONISCH BETALEN

Verplichting vanaf 1 juli 2022

Vanaf 1 juli 2022 moeten alle handelszaken en dus ook psychotherapeuten aan hun cliënteel/patiënten minstens één elektronische betaalmethode aanbieden.

De verplichting tot elektronisch betalen maakt deel uit van een fraudebestrijdingsplan van de minister van Financiën.

Cashbetalingen blijven mogelijk maar ‘klanten’ moeten over minstens één mogelijkheid beschikken om elektronisch te betalen.

Betaalmogelijkheden aanbieden via GSM applicaties zoals Payconiq, bankapplicaties met QR codes, Sumup kaartlezers… of gewoon middels ‘ouderwetse’ facturen en overschrijving is voldoende.

Vergeet ook niet dat je tarieven transparant moeten zijn, zowel op je website als uitgehangen in je praktijk.

(Photo by Towfiqu barbhuiya on Unsplash)

Photo by Tingey Injury Law Form on Unsplash
Photo by Towfiqu barbhuiya on Unsplash

PSYCHOFARMACOLOGIE

Waar draait het om in psychofarmacologie?

Prof. dr. Jim van OsVoorzitter Divisie Hersenen, UMC Utrecht. Hij is tevens verbonden als Visiting Professor Psychiatric Epidemiology aan het Institute of Psychiatry te Londen. Hij is sinds 2011 lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) en werd in 2016 benoemd tot Fellow van King’s College London

  1. De voorschrijvende arts/psychiater begrijpt, en is zich bewust van, het experimentele karakter van het voorschrijven van een antipsychoticum/antidepressivum/stemmingsstabilisator en laat zich niet misleiden door het idee dat alles veilig is vastgelegd in richtlijnen en protocollen die altijd bij iedereen geldig en valide zijn.
  2. Als de voorschrijvende arts/psychiater een medicament zoals een antipsychoticum, antidepressivum of stemmingsstabilisator voorschrijft dan zorgt hij ervoor dat de effecten NAUWKEURIG worden bijgehouden, geëvalueerd en serieus genomen, vooral vanuit het perspectief van de patiënt en zijn netwerk.
  3. De voorschrijvende arts/psychiater is zich er terdege van bewust dat er naast therapeutische effecten ook ongewenste bijwerkingen kunnen optreden die allerlei vormen kunnen aannemen, inclusief de vorm van mentale symptomen zoals depressie, psychose, manie en vele andere dingen.
  4. De voorschrijvende arts/psychiater aarzelt niet om het medicament weer te stoppen als blijkt dat het niet werkt en/of als er teveel ongewenste bijwerkingen zijn.
  5. De voorschrijvende arts/psychiater begrijpt goed dat veel van de therapeutische effecten die optreden bij het voorschrijven van een medicament, niet zozeer causaal worden veroorzaakt door het medicament zelf, maar door de hoop, het perspectief, positieve verwachtingen en het helende effect van het medische ritueel en de begeleidende relatie met de hulpverlener (‘placebo-effect’). Dit is belangrijk, want als het placebo-effect een grote rol speelt kan de dosis van de medicatie worden geminimaliseerd of zelfs gestopt.
  6. De voorschrijvende arts/psychiater begrijpt dat langdurig gebruik van een  antipsychoticum, antidepressivum of stemmingsstabilisator veranderingen teweegbrengt in het brein waardoor mensen niet zelden niet zomaar meer kunnen stoppen en prompt ‘rebound‘ krijgen als de medicatie wordt gereduceerd of gestopt. De arts begrijpt dan dat dit geen terugval is van de oorspronkelijke kwetsbaarheid maar het gevolg van breinveranderingen die kunnen worden samengevat onder de noemer ‘oppositional tolerance‘.
  7. De voorschrijvende arts/psychiater is niet alleen expert in het voorschrijven van medicatie, maar in het afbouwen van medicatie (de-prescribing): mensen veilig van medicatie afhelpen zonder ze terug te jagen in een psychose/depressie/manie/angstaanval.

Groet,

Jim

(Photo by Jim Van Os)
(Photo by Towfiqu barbhuiya on Unsplash)

AIHP – MASLOW PRIJS 2022 VOOR PROF. DR. DIRK DE WACHTER

De essentie van goede zorg

Op zaterdag 23/04/2022 houdt de AIHP (Academie voor Integratieve en Humanistische Psychologie en Psychotherapie vzw) haar jaarlijks symposium. Dit jaar is gastspreker en Maslow Prijs winnaar Prof. Dr. Dirk De Wachter. Hij zal een lezing voorzien met als thema:

 DE ESSENTIE VAN GOEDE ZORG

Locatie: Holiday Inn Express – Akkerhage 2 – 9000 Gent –

start: 09.30 – receptie: 12.30 – gratis inkom (300 plaatsen)

(Photo by Dirk De Wachter)

Heeft u een vraag, een opmerking of feedback, aarzel dan niet contact met ons op te nemen.

SUÏCIDALE IDEATIE – SUÏCIDEPOGING – SUÏCIDE

Definities en bespreekbaarheid

Onder jongeren (tussen 10-17) is suïcide de belangrijkste doodsoorzaak. Huisartsen (en psychotherapeuten) durven het vaak niet bespreekbaar te maken, uit angst daarmee suïcide uit te lokken. Deze angst is onterecht. Het bespreekbaar maken is juist een belangrijke interventie om suïcide te voorkomen.

Zowel binnen de klinische setting als in de wetenschappelijke literatuur blijkt niet altijd eenduidigheid te zijn voor wat betreft de gehanteerde definities van suïcidaal gedrag. Dit heeft vooral te maken met het al dan niet duiden van de doodswens of intentie. Het is vaak moeilijk om achteraf motieven en intenties in te schatten. In veruit de meeste gevallen is suïcidaal gedrag een manier om te ontsnappen aan het uitzichtloos en ondraaglijk lijden zonder dat de dood wordt beoogd. Binnen deze visie is de dood geen opzichzelfstaand doel maar eerder een middel tot doel.

Hieronder worden de definities van suïcidaal gedrag beschreven zoals deze door de Wereldgezondheidsorganisatie worden gehanteerd (De Leo, Burgis, Bertolote, Kerkhof, Bille-Brahe, 2006).

Onder een suïcidepoging verstaan we een niet-habitueel gedrag zonder dodelijke afloop dat de persoon initieert en uitvoert met de verwachting of het risico om te overlijden of lichamelijke schade te veroorzaken en met als doel gewenste veranderingen te bewerkstelligen.

Onder suïcide verstaan we een daad met dodelijk afloop die de overledene in de wetenschap of de verwachting van een potentiële dodelijke afloop heeft geïnitieerd en uitgevoerd met als doel gewenste veranderingen te bewerkstelligen.

Onder suïcidale gedachten (ook wel suïcidale ideatie genoemd) verstaan we het actief denken aan, of het overwegen van suïcide, als mogelijkheid of als uitweg om ervaren problemen te verminderen of op te lossen.

Hoewel suïcidepogingen zich kunnen herhalen, laat de notie ‘niet-habitueel gedrag’ toe suïcidepogingen te onderscheiden van automutilatie of zelfbeschadigend gedrag, wat eerder gezien kan worden als een gewoontepatroon waarbij geen suïcidale intentie aanwezig is.

Suïcidale ideatie kan vele vormen aannemen, gaande van erg vage gedachten of fantasieën (bijvoorbeeld: ‘ik wou dat ik eens niet meer wakker werd’) en doodswensen (‘ik kan er maar beter een einde aan maken, ik ben iedereen alleen maar tot last’) tot heel concrete plannen (‘ik spring morgen’). In sommige gevallen kunnen gedachten, wensen en fantasieën evolueren naar concrete plannen en eventueel resulteren in een suïcidepoging, terwijl in andere gevallen een suïcidepoging uitblijft. De evolutie van gedachten naar meer concrete plannen tot het uitvoeren van de handeling wordt het suïcidale proces genoemd (van Heeringen, 2001b). De duur van dit proces kan schommelen van enkele maanden tot verschillende jaren.

De term ‘suïcidaliteit’ verwijst naar “het geheel van gedachten (vaag tot concrete plannen), voorbereidende handelingen, suïcidepogingen en suïcide” (van Heeringen, 2001a)

Voor meer informatie en cijfers kan je terecht bij het VLESP: info@vlesp.be

www.zelfmoord1813.be

(Photo by Jan Huber on Unsplash)

Photo by Towfiqu barbhuiya on Unsplash

DSM IN VRAAG GESTELD.

Van psychotherapie naar recontextualisatie.

In de geestelijke gezondheidszorg wordt veel met hokjes gewerkt. Zo kun je ‘depressief’ zijn, ‘borderline’ hebben of een ‘angststoornis’. Volgens psychiater Jim van Os (UMC Utrecht) moeten we daar vanaf. Het is tijd dat we stoppen met die labeltjes. Gelukkig heeft hij een alternatief.

In dit college legt Jim van Os uit hoe we op een andere manier diagnoses kunnen stellen. Benieuwd naar hoe we mensen met psychische klachten vervolgens het beste kunnen behandelen?

(122) Waarom moeten we af van diagnoses als depressie? – YouTube

6 contexten als basis van psychisch lijden; integratie ten top (n.v.d.r.)

Kijk dan het bonusmateriaal met Jim van Os: https://youtu.be/BHoHHHUZ7D4

Dit bonusmateriaal hoort bij het college dat psychiater Jim van Os (UMC Utrecht) gaf bij de Universiteit van Nederland. In het college legde hij uit hoe we afkomen van het hokjesdenken in de geestelijke gezondheidszorg en hoe we op een andere manier diagnoses kunnen stellen. In dit bonusmateriaal vertelt hij hoe je mensen met psychische klachten vervolgens het beste kunt behandelen.

(Photo by Aaron Burden on Unsplash)

TWEEDEJAARS PSYCHOTHERAPIE ANTWERPEN OP STUDIEREIS NAAR SENEGAL

Een impressie

Van 7 tot 13 februari zijn de tweedejaars studenten psychotherapie van de AIHP-Antwerpen op studiereis geweest naar Senegal in de B&B Casa Louka van Tine Boeykens (docent/supervisor psychotherapie aan de AIHP).

Ikzelf (Philippe Vrancken) was ook daar om de groep samen met haar te begeleiden.

Hun ‘geslaagde’ opzet was (in de voormiddagen) al hun intervisies, supervisies, groepssupervisies en practica af te werken en simultaan de Afrikaans-Senegalese cultuur op te snuiven (…van integratie gesproken…).

(Photo by Philippe Vrancken)